22-02-2003
Ab van Ieperen

‘Solaris’ van Steven Soderbergh is geen lekkere sciencefiction, maar een ruimtemissie als metafoor voor de werking van het geheugen. Filmer Soderbergh over Tarkowsky, de billen van George Clooney, de filmkritiek en zijn groeiende onzekerheid. ‘Elke draaidag was een ontdekkingsreis.’

‘Peetvader van de independent film’ was ooit de geuzennaam van Steven Soderbergh, die op zijn vijfentwintigste even kleinschalig als vernuftig debuteerde op het Sundance Festival. Zijn Sex, Lies and Videotape won vervolgens ook de hoofdprijs in Cannes. Hij werd over de rode loper binnengehaald in Hollywood, maar loste zijn belofte niet in – tot hij twee jaar geleden oscars binnenhaalde met Erin Brokovich en Traffic.

Zo ongeveer alle sterren bieden zich sindsdien bij hem aan – voor een zacht prijsje in Ocean’s Eleven en gratis in de lowbudgetimprovisatie Full Frontal, een satire over de filmwereld die Soderbergh zo innig had omhelsd. De hoon die hem ten deel viel vanwege...