Wereld

Toen mr. G.B.J. Hiltermann de toestand in de wereld nog met ons doornam, was daar elke week wel een waarschuwend woord voor woelige ontwikkelingen. De zeven minuten zondagmiddag van 13.10 tot 13.17 uur waren meestal net lang genoeg om een deel van zijn trouwe gehoor de rest van de week ongerust te houden. (Zouden de Russen dan toch…, wat voerde Fidel Castro in zijn schild…, kon Nasser wel vertrouwd worden…, hoe moest het vrije Westen verder na de moord op John Kennedy?) Maar het grondpatroon was toch altijd hetzelfde. Het was Koude Oorlog, het vrije Westen tegen het Oostblok, goed tegen slecht. De grijze zone tussen die twee partijen had een naam (de ‘non-aligned movement’), maar ook daar had je zelden landen tussen die ontrouw waren. India hoorde zo’n beetje bij de Russen, Indonesië bij de Amerikanen. Met wapens of politieke steun zorgden de supermachten er wel voor dat de kampen gehoorzaam bleven. Eigenlijk lagen de verhoudingen ook na het eind van de Koude...