Een van Cees Nootebooms alibi’s om zo veel te reizen was om kunst te zien. Om er daarna over te schrijven. In een kloek boek heeft Nooteboom dit werk verzameld – vol vragen, vol raadsels.

Ezijn twee schilders die in het schrijvende en reizende leven van Cees Nooteboom hardnekkig blijven terugkomen: de Spaanse schilder Francisco de Zurbarán en Jheronimus Bosch, met als goede derde Diego Velazquez. Nooteboom was eenentwintig toen hij hun schilderijen in het Prado in Madrid voor het eerst zag. ‘Zien’ was op die leeftijd nog iets tussen aanhalingstekens. Hij werd in ieder geval hoogst geïntrigeerd, speciaal door de Hooiwagen van Bosch. Nootebooms kijken naar kunst mag de afgelopen zestig jaar veranderd zijn, het raadsel dat de Hooiwagen opgaf is er niet veel minder op geworden.

In het boek waarin hij nu al zijn artikelen en essays over kunst sinds de jaren zeventig heeft verzameld, Wat het oog je vertelt. Kijken als avontuur, is ‘raadsel’ misschien wel het meest...