Remco Campert is altijd een compenserende schrijver geweest: hij maakte met schrijven goed wat in het leven niet goed ging. Schrijven en leven lagen eenvoudig in elkaars verlengde. Na het een kwam het ander. Er viel niet te leven als er niet geschreven werd.

En niet alleen vanwege de financiën, maar om existentiële redenen: het schrijven moest het veelal slordige leven verontschuldigen (vanwege stommiteiten), vergoeden (vanwege geleden leed), verantwoorden (dat hij niet helemáál een ellendige nietsnut was), met humor relativeren (omdat het anders een en al somberheid zou zijn), verheerlijken (omdat er wel degelijk de nodige verrukkelijke momenten waren), idealiseren (er moest gedagdroomd kunnen worden...