Nieuws!

Vorige week stond in Vrij Nederland een interview met Halbe Zijlstra (VVD), onze staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap. Er is veel over de man en zijn beleid te zeggen, maar het interessantste aan dit interview was zijn opvatting over kwaliteitsverschillen in kunst. Zijlstra wordt vaak geplaagd met zijn persoonlijke smaak (Ludlum, Clancy), die door kenners als primitief wordt bestempeld, maar dat vindt hij onterecht: ‘Ik heb er geen probleem mee als mensen zeggen dat mijn smaak niet hún smaak is. Maar ik vind het onredelijk als mensen gaan roepen dat het per definitie niks is. […] Ik vind dat je ver moet blijven van het oordeel dat het een beter is dan het ander.’

Het aardige van die stelling – kwaliteitsverschillen in de kunst bestaan niet echt, alles is subjectief, de mening van een leek is net zo veel waard als de mening van een kenner – is dat hij ook onder niet-barbaren tamelijk populair is.

De redenering gaat meestal zo: Van Gogh heeft nooit een...