Achtergrond
Ambitieus klimaatbeleid? Zolang het maar rechtvaardig is
Author

Rechtvaardig klimaatbeleid is niet alleen rechtvaardig. Het blijkt ook dé manier te zijn om meer mensen achter ambitieuze maatregelen te scharen. Maar diezelfde rechtvaardigheid is ook een veelgebruikt argument om klimaatmaatregelen te vertragen. Wat is daaraan te doen?

Auteur
Tim de Jong

Fotografie Peter Hilz / ANP

7 tot 9 minuten leestijd

Geert Wilders wil ons klimaatbeleid door een shredder halen. Die beeldspraak zit zo diep in ons collectieve geheugen gegrift, dat die daar misschien wel nooit meer uitkomt. Zo diep ook dat het zelden nog gaat over waarom hij dat eigenlijk zou willen.

Om dat op te frissen moeten we terug naar het verkiezingsprogramma van de PVV voor Tweede Kamerverkiezingen van vorig jaar. Daar gaat het over miljarden die aan ‘zinloze klimaathobby’s’ verspild worden en niet aan onze mensen. De gasrekening die naar een recordhoogte is gestegen, terwijl honderdduizenden mensen in energiearmoede leven en een land dat wordt volgestouwd met afzichtelijke windturbines, terwijl omwonenden daar ziek van worden.

De argumenten die de PVV hier kiest zijn niet toevallig. Terechte zorgen en populistische overdrijvingen wisselen elkaar in rap tempo af, maar één thema keert steevast terug: klimaatbeleid kost veel geld, raakt kwetsbare mensen in de maatschappij het hardst en is daarom onrechtvaardig. Het is een slinks verhaal dat van links tot rechts op veel bijval kan rekenen. Op links om de kloof tussen arm en rijk niet te vergroten en op rechts om geen overheidsgeld te verspillen. Het duikt in allerlei verschijningsvormen op. Van TUI-topman Arjan Kers die stelt dat een hogere belasting op vliegen ervoor zorgt dat ‘vakantie alleen nog voor de elite wordt’ tot aan de Saoedische energieminister Al Saud die beweert dat er ‘geen grotere morele opgave is dan de wereld uit energiearmoede helpen’ (met behulp van olie, bedoelt hij daarmee).

Als we niet opletten, laten we hiermee precies het verhaal kapen waarin we elkaar kunnen vinden. De meeste Nederlanders zijn namelijk bereid om ambitieuzer klimaatbeleid te steunen, mits dit beleid rechtvaardig is. Rechtvaardigheid is dus niet alleen een manier om klimaatbeleid tegen te houden of te vertragen. Het is ook de belangrijkste troef om datzelfde beleid te versnellen.

vertragende verhalen

Nu pure klimaatontkenning wel erg uit de mode raakt, ontstaan er nieuwe tactieken om klimaatmaatregelen te vertragen. Verhalen die twijfel zaaien over hóe we moeten optreden of hoe snel dat moet gebeuren. Ze creëren precies genoeg verwarring om ons te verlammen. Daardoor blijven we onnodig lang hangen in een achterhaalde status quo. Tim de Jong duikt voor Vrij Nederland in deze wereld. Een zoektocht waarin hij probeert om de zin van de onzin te filteren. Welke verhalen kloppen nou wel en welke niet? Hoe worden we door de verwarring beïnvloed? En is daar ook wat tegen te doen?

misinformatie

Klimaatbeleid kost geld, daar is iedereen het over eens. Maar maatschappelijke discussies over hoeveel dit precies kost, zijn bijzonder gevoelig voor misinformatie.

Een goed voorbeeld daarvan is een claim van Sander Smit van de BBB. Tijdens een lijsttrekkersdebat in de aanloop naar de Europese verkiezingen beweerde hij dat de Green Deal 1556 miljard per jaar kost en dat dit bedrag nog verder kan oplopen.

Een claim die door de andere aanwezige lijstrekkers niet weerlegd kon worden, waarschijnlijk omdat ze geen idee hadden waar die vandaan kwam en wat ervan klopte. Het bedrag blijkt uit een impactrapport van de Europese Commissie te zijn geplukt. Smit pikt er het duurste jaar van de transitie uit – het klopt dus niet dat dit bedrag nog verder oploopt. Maar veel belangrijker is dat het bedrag voor een groot deel bestaat uit investeringen die Europese bedrijven naar verwachting gaan doen omdat ze lonend zijn. Een groot deel van klimaatinvesteringen wordt dus weer terugverdiend, bijvoorbeeld doordat ze nieuwe werkgelegenheid creëren en energie besparen. Maar ook doordat ze voorkomen dat we voor nog veel hogere kosten komen te staan. Denk aan schade door natuurrampen, de effecten van droogte op landbouw en het aanpassen aan zeespiegelstijging. Chinese wetenschappers berekenden bijvoorbeeld dat op de huidige voet verdergaan in de komende 80 jaar tot 730.000 miljard euro aan klimaatschade zou leiden.

Eén thema keert steevast terug: klimaatbeleid kost veel geld en raakt kwetsbare mensen.

Wetenschappers die zowel de kosten als de opbrengsten van klimaatbeleid meenemen, komen uit op 200 miljard euro per jaar aan netto Europese kosten om onder de 1,5 graad te blijven. Bijna acht keer minder dan het bedrag van Smit. Ook laten verschillende wetenschappelijke studies, met verschillende rekenmethoden, steevast zien dat de kosten van het beperken van klimaatverandering lager zijn dan de kosten van klimaatschade als we niets doen.

Geen natuurwet

Dan het tweede deel van het verhaal, waarin gezegd wordt dat klimaatbeleid kwetsbare mensen het hardst raakt. Eén argument staat daarbij als een paal boven water: er zijn genoeg mensen die verder in de problemen komen als hun maandelijkse kosten stijgen door klimaatbeleid. Bijna een miljoen Nederlanders leven in armoede. Wereldwijd zijn dit er 719 miljoen

Een terechte zorg. En wederom een misleidende. Het is immers geen natuurwet dat de kosten van klimaatbeleid vooral mensen met minder geld raakt, maar een gevolg van de beleidskeuzes die je maakt. De Wetenschappelijke Raad voor Regeringsbeleid (WRR) noemt klimaatbeleid dan ook een verdelingsvraagstuk. Klimaatbeleid kost geld en het is belangrijk om te bepalen hoe je die kosten verdeelt.

Niet voor niets is de term klimaatrechtvaardigheid in opkomst. In de aanloop naar de verkiezingen van 2017 stelde toenmalig SP-lijsttrekker Lilian Marijnissen dat ‘enkel mensen die het al goed hebben profiteren van milieusubsidies’. In 2023 ging het in de verkiezingsprogramma’s van de SP, Partij voor de Dieren, GroenLinks-PvdA, D66 en de ChristenUnie over klimaatrechtvaardigheid of het eerlijk delen van de kosten van de energietransitie.

eerder in deze serie

Een collectief van tien klimaatwetenschappers heeft de meestvoorkomende vertragende klimaatverhalen in vier categorieën ingedeeld. Eerder in deze serie bespraken we de eerste twee categorieën: het afschuiven van verantwoordelijkheid (‘Wij moeten gekke Henkie niet zijn’) en het tegenhouden van fundamentele verandering (‘We kunnen de klimaatcrisis technofixen’). Het appèl op sociale rechtvaardigheid valt in de derde categorie. Verhalen die enkel de nadelen van klimaatmaatregelen benadrukken en de voordelen of noodzaak wegmoffelen.

Zonnepanelen

Na de verkiezingen bleek al dat al deze partijen niet altijd hetzelfde bedoelen met klimaatrechtvaardigheid. In een Kamerdebat pleitten D66 en SGP bijvoorbeeld voor het versneld afschaffen van de salderingsregeling, omdat het volgens hen onrechtvaardig is als huurders meebetalen aan de goedkope duurzame stroom van huizenbezitters. De SP, BBB en PvdA-Groenlinks vonden het onrechtvaardig om de regeling versneld af te bouwen, omdat het juist de komende jaren haalbaar wordt voor mensen met lagere inkomens om in zonnepanelen te investeren.

Deze uiteenlopende visies op dezelfde term zijn de reden dat de WRR ervoor pleit om klimaatbeleid als verdelingsvraagstuk te zien. Als politici en beleidsmakers ervan doordrongen zijn dat klimaatbeleid voor een groot deel gaat over de verdeling van kosten, kunnen ze in een vroeg stadium bespreken wie de kosten moeten dragen. En dus ook of klimaatbeleid mensen in armoede wel of niet raakt. Hierbij kan je kiezen uit verschillende verdelingsprincipes als ‘de vervuiler betaalt’, ‘een verdeling naar draagkracht’ of ‘de verduurzamer verdient’.

Energie van iedereen

In Rotterdam laten ze zien hoe je die verdelingsprincipes in de praktijk toe kunt passen. Bij Energie van Rotterdam – een koepel van Rotterdamse energiecoöperaties – viel het de bestuurders al snel op dat het opwekken van duurzame energie de kloof tussen arm en rijk alleen maar verder vergroot. Veel mensen die in armoede leven durven in de winter de kachel amper aan te zetten, uit angst voor een hoge energierekening. Tegelijkertijd zijn er mensen die juist verdienen aan die rekening, omdat ze het geld en de mogelijkheden hebben om in hun eigen zonnepanelen te investeren.

De kosten van het beperken van klimaatverandering zijn lager dan de kosten van klimaatschade als we niets doen.

Onrechtvaardig, en daarom zocht Energie van Rotterdam naar nieuwe wegen om alle Rotterdammers de mogelijkheid te geven om mee te profiteren van duurzame energie. Ze ontwikkelden een model waarbij inwoners voor een laag bedrag mede-eigenaar worden van collectieve zonnedaken. Voor 25 euro per stuk kunnen alle wijkbewoners een of meer paneeldelen kopen. De energie die wordt opgewekt, wordt verkocht aan het net en levert daardoor geld op. Die opbrengsten gaan voor de helft direct terug naar de deelnemers, via rente en de inleg die in vijftien jaar wordt terugbetaald. De andere helft gaat naar een wijkfonds. Daarmee worden bijvoorbeeld huizen geïsoleerd, waardoor bewoners hun energierekening omlaag zien gaan, hun wooncomfort omhoog en de wijk en passant wordt verduurzaamd. En of je nou één paneeldeel hebt of twintig, alle bewoners die meedoen hebben een gelijke stem in hoe het geld van het wijkfonds precies wordt besteed. 

In armere wijken als Delfshaven en Rotterdam-Zuid doen veel mensen mee voor één paneeldeel. Voor hen is het opwekken van duurzame energie nu niet meer iets waar je alleen maar last van hebt of niet aan mee kunt doen. Het is iets waar ze mede-eigenaar van zijn, zeggenschap over hebben en geld aan kunnen verdienen.

Bijzonder nauwe blik

Arjan Kers, Geert Wilders, Abdulaziz bin Salman Al Saud en Sander Smit hebben ongetwijfeld vele verschillen, maar één ding hebben ze gemeen. Ze hebben een bijzonder nauwe blik op de economie van klimaatbeleid en misbruiken het argument van sociale rechtvaardigheid om klimaatbeleid te vertragen.

Het is zoals bij alle vertragende klimaatverhalen. Er zit een kern van waarheid onder – daarom is het ook zo’n overtuigend verhaal. Maar zoom je uit, dan zie je hoe misleidend het is. De aandacht wordt afgeleid door weg te laten dat een groot deel van de investeringen in klimaatmaatregelen weer terugverdiend kunnen worden. Dat wereldwijd meer dan tien miljoen mensen vroegtijdig overlijden door de verbranding van fossiele brandstoffen. Dat het een stuk prettiger is om in een goed geïsoleerd huis te wonen, zonder schimmel, kou en vocht. En dat het juist voor mensen met weinig geld het lastigst is om aan de gevolgen van klimaatverandering te ontsnappen.

In plaats daarvan kunnen we ook bespreken hoe we ervoor gaan zorgen dat de kosten van klimaatbeleid eerlijk verdeeld gaan worden. En daar schuilt ook meteen een versnellend verhaal in. Uit recent bevolkingsonderzoek blijkt dat een brede middengroep Nederlanders ambitieuzer klimaatbeleid steunt, míts dat beleid rechtvaardig is. Waarbij lage inkomens beschermd moeten worden, de vervuiler betaalt en de kloof tussen arm en rijk niet verder groeit. 

Uit hetzelfde onderzoek blijkt dat 66 procent van de Nederlanders voor een forse vliegbelasting is, zolang de opbrengsten hiervan worden gebruikt om internationale treinreizen goedkoper te maken. De achterban van bijna alle politieke partijen staat achter deze maatregelen. Net als dat 63 procent wil dat kleding van hergebruikte materialen goedkoper wordt en kleding van nieuwe materialen juist duurder.

Doordat het debat zich blindstaart op waar we het niet over eens zijn, hebben we amper nog door dat er genoeg dingen zijn waar we elkaar wél in kunnen vinden. Hoog tijd om eens echt naar onze mensen te gaan luisteren.

Deze publicatie is tot stand gekomen met steun van het Fonds Bijzondere Journalistieke Projecten

NatuurSamenleving