Er bestaat een simpele doch effectieve manier om de kracht van de aandachttrekkende draaikolk die je telefoon is te doen afnemen: stel hem in op grijs. Tip voor wie zich had voorgenomen in 2020 de ogen wat minder aan het telefoonscherm te laten kleven. Weg met de rode notificatieballetjes die ons triggeren ergens op te klikken, foetsie met de icoontjes in blinkende kleuren die ons in een dopaminebadje dompelen bij het ontgrendelen van onze telefoon. Maak een einde aan dit feestje van positive reinforcement waar je nek altijd voor buigen moet, en richt je blik weer omhoog.

Het is gemakkelijk in te stellen. Op de iPhone klik je onder ‘Instellingen’ op ‘Toegankelijkheid’ en dan op ‘Weergave en tekstgrootte’, alwaar je ‘Kleurfilters’ aantikt. Even dat schuifje naar rechts doen en het scherm lijkt op dat van een oude zwart-wittelevisie met een stilstaand beeld. Voor de settings van andere telefoons zie gogray.today, de thuispagina van dit mini movement, zoals Wired het begin december noemde. ‘See the colour in the world again,’ wordt daar aanbevolen. ‘Het is alsof je je favoriete toetje verandert in je minst favoriete groente.’

INDISTRACTABLE

Het komt niet voor in zijn nieuwe boek, maar Nir Eyal zou dit kunnen zien als een goed voorbeeld van wat hij noemt ‘de terughackstrijd tegen afleiding’. Apparaten hacken min of meer onze hersenen, stelt hij: ze verschaffen zich toegang tot die hersenen door ons af te leiden. Zijn pas verschenen boek Indistractable moet het antigif bieden.

Eyal gelooft dat indistractability, ‘onafleidbaar zijn’, de belangrijkste vaardigheid is voor de 21ste eeuw.

Het is een grappige twist als je weet dat Eyal dé handleiding heeft geschreven voor het maken van technologische producten die de hersens van hun gebruikers hacken. Het felgele Hooked. Hoe je mensen verslingerd maakt aan je product (2014) ligt in de kast bij start-ups over de hele wereld. Eyal heeft het zelf zien liggen bij Facebook, Google, PayPal en Slack, schrijft hij in de inleiding, en weet dat het wordt uitgedeeld tijdens congressen.

Maar elke minuut die we aan zulke producten verslingeren, gaat ten koste van andere dingen. Op pagina 237 vertelt Eyal hoe hij dat destijds aan zijn dochter duidelijk probeerde te maken, toen zij op vijfjarige leeftijd voortdurend gilde om ‘iPad-tijd’: ‘We legden haar uit dat de apps en video’s op de iPad waren gemaakt door heel slimme mensen en expres zo waren dat ze er niet vanaf kon blijven en steeds meer wilde kijken.’

Controle over je telefoon

Het is niet zo dat Eyal nu spijt heeft van zijn eerdere werk, maar hij gelooft wel dat indistractability, ‘onafleidbaar zijn’, de belangrijkste vaardigheid is voor de 21ste eeuw.

Wie zich als een hedendaagse Odysseus aan de mast van zijn schip laat vastbinden terwijl hij langs het land van de Sirenen vaart, of minstens zoals diens bemanning de oren vult met bijenwas (een Oud-Griekse variant van de Bose QuietComfort 35 II) om doof te blijven voor dat betoverende gezang, heeft een stevig stapje voor op de rest.

Jonathan Franzen scheen in 2010 al te werken op een verouderde Dell-laptop waarvan hij de draadloze kaart had verwijderd en de netpoort had geblokkeerd door er een kabel in te pluggen met superlijm en het kopje eraf te zagen. Alles om bij het schrijven van zijn Great American Novels de afleiding van het internet op afstand te houden.

De afgelopen anderhalf, twee jaar lijkt er ook bij de rest van de wereldbevolking een shift te hebben plaatsgevonden in het denken over de schermen die ons leven beheersen. Als in: we zijn ons er opeens van bewust dát ze ons leven beheersen, en weten eigenlijk niet of we dat wel zo oké vinden.

Lees ookHoe Silicon Valley ons verslaafd maakte (en wat daaraan te doen is)22 april 2018Er verschenen boeken als Digital Minimalism van computerwetenschapper Cal Newport en er zijn bewegingen als de Center for Humane Technology van voormalig Google-ethicus Tristan Harris (door wie ‘grayscale’ wordt aangeraden als een manier om de controle over je telefoon terug te krijgen).

Bewust technologiegebruik

Techbedrijven reageerden snel met nieuwigheidjes om ons het idee te geven dat zij aan onze kant stonden – Apple met zijn schermtijd-functie bijvoorbeeld, om bij te houden hoe lang we eigenlijk echt op die telefoon zitten, en Instagram door aan te geven dat je door plaatjes gaat scrollen die je al gezien hebt.

Indistractable is een handleiding om een voorsprong te cultiveren op het klootjesvolk dat zich niet los kan weken van de verleidingen van de digitale wereld.

Met het verschijnen van Indistractable is de cirkel min of meer rond: het tijdperk van bewust technologiegebruik is gearriveerd. Daarbij past het ook dat Indistractable ten opzichte van Hooked minder management is en meer zelfhulp (dat Great American Genre), met wat boeddhistische trekjes. ‘Afleiding is, net als elk ander menselijk gedrag, niets anders dan een manier waarop onze hersenen met pijn proberen om te gaan,’ schrijft Eyal. ‘Als we dit gegeven accepteren, volgt daaruit dat leren omgaan met onbehagen de enige manier is om afleiding aan te pakken.’ Het tegengif voor afleiding lijkt vaak sterk op mindfulness, bijvoorbeeld wanneer Eyal adviseert je verlangens te zien als bladeren op een traag stromend riviertje.

Voorsprong op het klootjesvolk

Aan de andere kant is Indistractable een handleiding om een voorsprong te cultiveren op het klootjesvolk dat zich niet los kan weken van de verleidingen van de digitale wereld. De premisse dat indistractability ‘de belangrijkste vaardigheid van de 21ste eeuw’ is, verklapt dat eigenlijk al.

In de huidige economie is aandacht een valuta die Facebook, Google en de hunnen in groten getale binnenschrapen en omzetten in dollars en euro’s. En net als dollars en euro’s is de grote taart van aandacht niet eerlijk verdeeld. Iemand die de controle houdt over zijn eigen aandacht, is als iemand die zijn centen slim investeert, of tenminste verstandig omgaat met zijn geld.

Aan de rijke kant van de scheidslijn schijnen zelfs speciale fora te bestaan om nanny’s te verklikken die hun oppaskinderen aan een scherm hebben blootgesteld.

Aandacht die niet naar het scherm gaat, is een luxegoed. Eind 2018 publiceerde The New York Times een artikelenreeks onder het thema ‘The new digital divide’, waaruit bleek dat kinderen en jongeren uit gezinnen met lage inkomens veel meer tijd op de telefoon en andere schermen doorbrachten dan hun rijkere leeftijdgenoten. Dat is waar je digitale ongelijkheid inmiddels aan kan aflezen, en niet of iedereen wel toegang tot internet heeft, zoals vroeger de zorg was.

De alleenstaande moeder met twee banen heeft nu eenmaal geen tijd om haar kinderen van het scherm weg te houden. Aan de rijke kant van de scheidslijn schijnen zelfs speciale fora te bestaan om nanny’s te verklikken die hun oppaskinderen aan een scherm hebben blootgesteld. In het tijdperk van bewust technologiegebruik zal indistractability in eerste instantie iets elitairs worden. Doe er je voordeel mee en stel je telefoon in op grijs. Zeg dag tegen de rode notificatieballetjes en de icoontjes in blinkende kleuren, tegen het dopaminebadje waar je nekpijn van krijgt. See the colour in the world again, en wees een stapje voor op de rest.

P.S.: Als je écht een probleem hebt met die ‘heel slimme mensen’ die hun producten ‘expres zo maken dat je er niet vanaf kan blijven’, neem dan het nieuwe jaar als aanleiding om lid te worden van een digitale burgerrechtenbeweging als Bits of Freedom.