Interview Gabriël van den Brink

Hij wil een kop koffie bestellen, maar de serveersters van het Haagse etablissement waar we zitten zijn niet bijster snel. Gabriel van den Brink kan zijn ergernis maar met moeite onderdrukken. ‘Lastig om in Nederland de aandacht te krijgen van een ober,’ zegt hij korzelig.

Van den Brink (1950) heeft een ongeduldig karakter. Hij praat gepassioneerd en snel, alsof hij zijn eigen gedachten maar moeilijk kan bijbenen. Hij werkt onstuimig hard, al zijn hele leven lang. En hij barst van de energie – op dat laatste komt hij meer dan eens terug. ‘Ik ben enorm strijdlustig,’ zegt hij tegen het eind van ons gesprek. ‘Ik ben eenenzestig, maar ik ga erin alsof ik achttien ben.’

Hij is een laatbloeier. Anders dan veel collega-babyboomers drong Van den Brink pas rond zijn vijftigste door tot de eredivisie van de Nederlandse intelligentsia. Die erkenning had hij te danken aan zijn gave om maatschappelijke keerpunten feilloos te zien aankomen. Hij voorzag het...