Helemaal bovenin, in de aula op de vierde verdieping van het Cygnus Gymnasium aan de Amsterdamse Wibautstraat, pal tegenover het nieuwe onderkomen van Scientology waarvan de gevel door de neergelaten luxaflex goddank aan het zicht onttrokken werd, hadden zich zo’n tweehonderd vierde- en vijfdeklassers verzameld, verspreid over negen klassen, elke klas stijlvast gekleed volgens de voorschriften van het thema dat ze uitbeeldden.

Er waren strandgangers, getooid met duikbrillen en een handdoek losjes over de schouder, een enkele dappere jongen zelfs zonder shirt; fitboys en -girls in strakke tops en leggings en met fluorescerend roze hoofdbanden; campinggasten met wc-rollen onder de arm op orthopedische Teva-sandalen van brandvertragend rubber; en helemaal achterin stond op de aan de kant geschoven tafels zelfs een peloton minderjarige Ajaxsupporters van wie er één af en toe een basaal ritme op een joekel van een trommel ramde. Het enige wat ontbrak waren fakkels. Ergens in het...