Sport

Er was iets met die armen. Mollig, bijna lusteloos liet hij ze hangen, alsof er wol in zat. Andrei Arshavin kwam een potje ballen in Alkmaar, meer was het niet. Althans, zo sprak zijn lichaam.

Het stadion kolkte van spanning over de Champions League wedstrijd die hier zou worden gespeeld. Maar Arshavin kolkte niet mee. Voor zover de wereldberoemde Rus er nog een jongensdroom op nahield, bewaarde hij die voor serieuze tegenstanders. Niet voor – hoe heet die club ook weer – AZ. Plichtmatig deed hij voor aanvang mee aan de high fives tussen medespelers. En liet zijn armen snel weer zakken.

Arshavin, 28 jaar, bood een ironische aanblik. En tijdens de wedstrijd werd dat alleen nog maar erger. Af en toe liet hij zien wat hij allemaal met een bal kan – bijzonder veel – en liep er dan half geïnteresseerd bij, met dat geprononceerde kontje van hem. Aanwijzingen geven aan medespelers leek hij boeiender te vinden dan het zelf op een draven te zetten.

Hij was mooiere stadions gewend,...