Toen hij voor een ingrijpende operatie naar het ziekenhuis moest, liet hij Mein Kampf thuis, vertelt Ewoud Kieft (1977) halverwege ons gesprek. Hij koos bewust voor wat lichtere kost: Er ist wieder da, Timur Vermes’ komische boek over de wederkomst van de Führer. Of het nu door dat boek kwam, of door zijn maandenlange onderdompeling in het magnum opus van Adolf Hitler zelf, de arme historicus werd ’s nachts geplaagd door nachtmerries. Pas toen hij de laatste hand legde aan zijn boek over Mein Kampf bedacht Kieft hoe betekenisvol die dromen waren geweest. ‘Eerst waren het koortsige marsdromen waarin rijen soldaten over me heen marcheerden. Daarna volgde een perspectiefwisseling en keek ik neer op een grote vlakte vol mensen, alsof ik de massa moest toespreken. Ergens ver in de diepte zag ik miniatuurpoppetjes zwaaien met vlaggen en vaandels, als een soort playmobilmannetjes. Nu eens lag ik eronder en dan weer stond ik erboven. Die twee perspectieven geven mijn leeservaring...