Jonathan Gottschall is een Amerikaanse literatuurgeleerde. En een cagefighter. In zijn nieuwe boek betoogt hij dat het duel van alle tijden is.

Tegenover mij zit een vechter met een goedmoedig hoofd. Met de primatenkennis opgedaan uit zijn grote persoonlijke essay Echte mannen vechten peil ik zijn lichaam. In hoeverre is hij een bedreiging wanneer het aankomt op mano a mano? Dat stelt gerust; zijn spieren zijn gebed in een ruime hoeveelheid lichaamsvet. Maar eigenlijk wist ik het al.

De vorige avond zag ik hem op de televisie, in gezelschap van de eerste Nederlandse cagefighter. Dát was pas een enge gast, door de combinatie van niet bijster slim, een forse eigendunk en vooral: z’n zwijgzaamheid.

‘Je bent voor een vechter nogal spraakzaam en je gebruikt… ironie’, begin ik tegen de Amerikaanse literatuurgeleerde en MMA-vechter Jonathan Gottschall. Ja, geeft hij toe. ‘Dat is niet tough.’ Aan de andere kant: toen hij aan zijn boek werkte, door de geschiedenis en de...