In deze barre tijden ontstaat behoefte aan nieuwe begrippen, oude voldoen blijkbaar niet meer. Het onheilsgevoel bij de instortende beurskoersen, de wankelende euro, dubbele-dip-crisisberichten en schuldenlanden die een kansloze strijd voeren tegen de financiële markten is te groot om het in vertrouwde termen uit te drukken. Of oude termen krijgen ineens een nieuwe betekenis.

‘Japanisering is het nieuwe angstwoord’, kopt de Financial Times. Japanisering stond vijfentwintig jaar geleden ook voor angst, maar in een heel ander opzicht. Japan had het imago afgeschud van slecht jatwerk en namaakindustrie, liep voorop in de automatiserings- en ict-revolutie en rukte op naar een tweede plaats op de wereldwelvaartranglijst. De VS raakte in paniek over die opmars en wentelde zich in een wanhopig decline-debat. Ik herinner me pijnlijke discussies over nieuwe Amerikaanse gevechtsvliegtuigen die voor de micro-elektronica een beroep moesten doen op vernuft van Sony. Japanisering stond voor...