Pop

Alleen al afgaand op de hoes van haar debuut Philharmonics kun je je makkelijk een (verkeerde) voorstelling van Agnes Obel maken. Daar hoef je de muziek niet eens voor te hebben gehoord. Het heeft vooral te maken met haar strenge blik, nog eens geaccentueerd door de harde belichting. Ze is een ijskoningin. Of dan toch zeker een stijve jonkvrouw uit een andere tijd. Haar muziek, met het schijnbaar koude oppervlak van piano en een niet bepaald in emoties uitblinkende stem, lijkt dat beeld nog eens te bevestigen. En dan zingt ze ook nog macabere zinnen als: Guess who died last night? Maar wie Philharmonics, dat zich naar verloop van tijd laat kennen als een uiterst warmbloedig debuut, inmiddels tot zich heeft genomen, weet dat schijn bedriegt.

In het nuchtere kleedkamerlicht van de Mezz in Breda blijkt Agnes Obel dan ook een aardige kleine vrouw met een mooi verfijnd gezicht, gedrapeerd in een lange, dikke zwarte sjaal. Een recent optreden gepland tijdens Eurosonic heeft ze...